Kennispublicatie: Is alle noodverlichting wel wet?

Als je in Nederland een willekeurige school of kantoorgebouw binnenwandelt, dan is het niet moeilijk om maatregelen uit onze bouw- en regelgeving te herkennen. Deuren hebben een bepaalde minimale hoogte en breedte, muren een bepaalde dikte en her en der zijn verschillende veiligheidsmaatregelen zichtbaar  die erop gericht zijn om de veiligheid van de mensen die er verblijven te waarborgen.

Denk aan brandslanghaspels en -blussers, handbrandmelders, rookmelders, nooddeuren en natuurlijk de groene bordjes aan het plafond: Vluchtrouteaanduiding. Noodverlichting en verlichte vluchtrouteaanduiding wordt in de meeste gebouwen rijkelijk toegepast en is dan ook in veel gevallen grotendeels bovenwettelijk. Maar wat is dan wel verplicht en wat niet? In deze blog geven we u een samenvatting van de wettelijk verplichte armaturen.

De definitie van noodverlichting

Laten we voor de duidelijkheid beginnen met een specifiekere omschrijving van noodverlichting. Vanuit het Bouwbesluit (deel 6.1) is het doel van noodverlichting om ruimten en/of vluchtroutes, in het geval van netspanningsonderbreking, zo te verlichten dat een redelijke oriëntatie mogelijk is. Bij het uitvallen van de netspanning  moet de noodverlichtingsinstallatie in schakelen en wordt een zogenaamde netwachter toegepast. Simpel gezegd is een netwachter een relais dat door de aanwezige netspanning (het zogenaamde preferente net) in het gebouw, permanent is bekrachtigd. Bij het wegvallen van de netspanning, zal het relais afvallen (omschakelen) en de armaturen van de noodverlichting verbinden met een noodstroomvoorziening, zoals een accubatterij. Hierdoor zullen de lampen in deze armaturen gaan branden. 

Wanneer is noodverlichting verplicht?

Zoals genoemd moet noodverlichting er voor zorgen dat verschillende ruimtes zo verlicht zijn dat een redelijke oriëntatie mogelijk is. Dit is alleen vereist bij ruimten voor meer dan 75 personen. Dit moet je kunnen bepalen op een tekening door het aangegeven aantal personen of simpel door het tellen van aanwezige stoelen. Daarnaast moet de vluchtroute uit die ruimte voor 75 personen worden verlicht. Echter wordt deze eis alleen aangestuurd bij bepaalde gebruiksfuncties. Zo is noodverlichting bij woonfuncties nooit verplicht! Daarnaast moet je beschermde (vlucht)routes voorzien van noodverlichting. Al deze vereisten staan genoemd in het Bouwbesluit. Het Arbobesluit geeft de verplichting tot noodverlichting bij vluchtwegen en nooduitgangen die slecht zichtbaar zijn bij spanningsuitval. Ook werkplekken met een verhoogd risico moeten worden voorzien van noodverlichting.  De groene bordjes oftewel vluchtrouteaanduiding is bij bepaalde gebruiksfuncties verplicht in verkeersroutes. Ook is vluchtrouteaanduiding verplicht in ruimten voor meer dan 50 personen. Dan zijn er nog eisen over de zichtbaarheid van deze vluchtrouteaanduiding.  

Bovenwettelijk, maar niet weghalen

Alle andere noodverlichting en vluchtrouteaanduiding zal dus bovenwettelijk zijn en is dus niet verplicht. Moet je het daarom allemaal maar weglaten? Dat is iets wat we dan weer niet adviseren. In diverse gevallen levert noodverlichting een stuk veiligheid op. Maar bovenwettelijke noodverlichting kan ook ten koste gaan van andere maatregelen voor brand- en vluchtveiligheid. Armaturen die bovenwettelijk zijn moet je plaatsen, onderhouden en vervangen. Een snelle rekensom levert al gauw € 1.000 op, verdeeld over een levensduur van 15 jaar.

Toegegeven, de eisen voor noodverlichting zijn niet gemakkelijk en zeker niet zo eenduidig als bijvoorbeeld die voor brandmeldinstallaties. Misschien komt het omdat de aanleg van (decentrale) noodverlichting zo laagdrempelig is: iedere E-installateur kan het maken. Er zijn, ook om commerciële redenen, niet veel installateurs die advies durven te geven dat de meeste noodverlichting en vluchtrouteaanduiding niet hoeft. Het valt naar bewoners of gebruikers misschien moeilijk uit te leggen dat je het geld liever besteedt aan het brandwerend afdichten van doorvoeren in brandscheidingen, een maatregel die ook bijdraagt aan vluchtveiligheid, maar die niemand ziet. 

Brafon kan u adviseren

Los van de bovenwettelijkheid van het gros van de noodverlichtingsarmaturen, mag er best wat meer aandacht zijn voor minder in het oog springende toepassingen (zoals noodverlichting) in gebouwen. In het Bouwbesluit 2012 is veel gericht op de verantwoordelijkheid van de gebruiker en gebouweigenaar. En ook vanuit het Arbobesluit wordt gehamerd op de zorgplicht die werkgevers hebben voor hun medewerkers. Wilt u een duidelijk beeld hebben van uw pand, dan kan Brafon u altijd ondersteunen met bijvoorbeeld een brandveiligheidsonderzoek. Wilt u echter alles zelf leren over noodverlichting, dan kunt u altijd de opleiding Noodverlichtingsdeskundige bij zusterorganisatie Obex Opleidingen volgen.

Disclaimer:
Dit artikel is geschreven ten tijden van het Bouwbesluit 2012. Dit artikel moet nog aangepast worden aan het nieuwe Besluit Bouwwerken Leefomgeving 

Deel deze post op:

Dit is misschien ook interessant voor je?