Wet milieubeheer

De Wet milieubeheer geeft richting aan de brandveiligheidseisen ter bescherming van het milieu.

Verantwoordelijkheid : Ministerie van Infrastructuur en Milieu.
Uitvoering en handhaving : Gemeenten.

De Wet milieubeheer is een integrale milieuwet, waarin alle aspecten van het milieubeleid in hun onderlinge samenhang geregeld worden. Het doel van de wet is het voorkomen of beperken van de nadelige gevolgen voor het milieu. Brand in een object kan niet alleen nadelige gevolgen hebben voor het object zelf, maar ook voor het milieu. Het voorkomen van brand kan daarom gezien worden als het voorkomen van schadelijke gevolgen voor het milieu. Ook het voorkomen van nadelige gevolgen voor het milieu bij repressief brandweeroptreden valt hieronder.

Hoofdstuk 8 van de Wet milieubeheer geeft regels voor inrichtingen. Onder een inrichting wordt verstaan: ‘Elke door de mens bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, ondernomen bedrijvigheid die binnen een zekere begrenzing pleegt te worden verricht.’ Een inrichting heeft dus de volgende kenmerken:

  • De omvang van de activiteit(en) moet bedrijfsmatig zijn (dus geen activiteit(en) binnen particuliere huishoudens)
  • Er moet in zekere zin sprake zijn van een locatie gebonden bedrijfgheid (dus geen transportactiviteit(en))
  • De activiteit(en) moet(en) meer dan incidenteel op de betreffende locatie plaatsvinden. In het algemeen wordt hierbij aangehouden dat de activiteit gedurende meer dan 6 maanden moet plaatsvinden.

Indien een inrichting onder de Wet milieubeheer valt, zijn er (afhankelijk van de aard en omvang van de activteiten) twee mogelijkheden:

  • Een inrichting valt onder de werking van de IPPC-richtlijn
  • Een inrichting valt onder de werking van het Activiteitenbesluit milieubeheer

Disclaimer:
Dit artikel is geschreven ten tijden van het Bouwbesluit 2012. Dit artikel moet nog aangepast worden aan het nieuwe Besluit Bouwwerken Leefomgeving 

Heb je nog VRAGEN?

ADRES

OPENINGSTIJDEN

Zoeken
Sluit dit zoekvak.