Kennispublicatie: de ‘woonfunctie voor zorg’

De gebruiksfunctie ‘woonfunctie voor zorg’. Feitelijk een subgebruiksfunctie waarbij volgens het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) aan bewoners professionele zorg wordt verleend met een vanuit het zorgaanbod georganiseerde koppeling tussen wonen en zorg.

Maar wat wordt bedoeld met ‘professionele zorg’? En wanneer is er sprake van een vanuit het zorgaanbod ‘georganiseerde koppeling’ tussen wonen en zorg?

Deze vragen worden in deze kennispublicatie beantwoord. Hierbij worden de zienswijzen van het Min. BZK, de ATGB en het IPLO[1] (als dit nodig wordt geacht) nader toegelicht en worden uiteindelijk conclusies gegeven over deze subgebruiksfunctie.

De ‘woonfunctie voor zorg’ in het Bbl

In het Bbl is de subgebruiksfunctie ‘woonfunctie voor zorg’ opgenomen[2].

Vanuit het Bbl wordt gesteld dat onder de ‘woonfunctie voor zorg’ woonfuncties vallen waarbij aan bewoners ‘professionele zorg’ wordt aangeboden. Ook is aangegeven dat er sprake moet zijn van een ‘georganiseerde koppeling’ tussen wonen en zorg. Een verdere uitleg over ‘professionele zorg’ en ‘georganiseerde koppeling’ wordt beperkt gegeven in de Nota van toelichting.

Hierin is aangegeven dat een ‘woonfunctie voor zorg’ een woonfunctie is waarbij aan de bewoners professionele zorg wordt verleend met een vanuit het zorgaanbod georganiseerde koppeling tussen wonen en zorg in een daarvoor bestemde en uitgeruste woonfunctie. Onbekend is het wat bedoeld wordt met ‘bestemde en uitgeruste’. Dit is niet verder gedefinieerd.

Om te kunnen concluderen of er sprake is van de ‘woonfunctie voor zorg’ moet vastgesteld worden wat deze twee begrippen inhouden overeenkomstig dit Bbl.

‘Professionele zorg’ volgens de bouwregelgeving

Het begrip ‘professionele zorg’ is niet in het Bbl omschreven, noch op een andere wijze in de Omgevingswet. Het betekent dat dit begrip een functioneel karakter heeft, wat betekent dat het bevoegd gezag enige beoordelingsvrijheid heeft bij een toepassing van dit begrip.

Vanuit de Nota van toelichting op het Bbl is aangegeven dat ‘professionele zorg’ in de regel wordt verleend op grond van de Wlz (Wet langdurige zorg) of de Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning). Mantelzorg wordt hierdoor niet beschouwd als professionele zorg.

‘Georganiseerde koppeling’ volgens de bouwregelgeving

Ook het begrip ‘georganiseerde koppeling’ is niet verder omschreven. Op basis van de Nota van toelichting kan geconcludeerd worden dat een woonfunctie waar de aanbieder van zorg (lees: zorgverlener) ook de verantwoordelijkheid heeft over de woonfunctie, in ieder geval beschouwd kan worden als een woonfunctie met een georganiseerde koppeling.

Wie bepaalt of sprake is van een ‘woonfunctie voor zorg’?

De mate van zorg die wordt verstrekt wordt in beginsel bepaald door de professionele aanbieder van de zorg. Bij aanvraag van een omgevingsvergunning activiteit bouwen of bij het doen van een melding brandveilig gebruik bepaalt de aanvrager welke (sub)gebruiksfunctie aanwezig is of zal zijn.

Een bevoegd gezag is belast (bij een aanvraag omgevingsvergunning) met de toetsing van de aanvraag en hiermee met de toetsing van de aangevraagde (sub)gebruiksfunctie. Het op eigen initiatief toetsen op basis van een andere (sub)gebruiksfunctie is niet toegestaan.

Wel kan ten tijde van gebruik het bevoegd gezag de omgevingsvergunning of melding brandveilig gebruik toetsen. Mocht geconstateerd worden dat het actuele gebruik in strijd is met de vergunde of gemelde (sub)gebruiksfunctie, kan handhaving plaatsvinden. De (sub)gebruiksfunctie wordt hiermee bepaald door het daadwerkelijke gebruik van (een deel van) het bouwwerk.

Factsheet Min. BZK

Door het Min. BZK is in april 2024 een factsheet ‘Brandveiligheid bij zorggeschikte woningen in geclusterde woonvormen’[3] uitgegeven. Doel van deze factsheet is om kader te bieden over het inrichten van brandveiligheid bij nieuwe geclusterde woonvormen met zorggeschikte woningen en het bieden van houvast.

In deze factsheet is ook benoemd dat er bij een ‘woonfunctie voor zorg’ sprake moet zijn van een ‘professionele zorg’. Gesteld is dat ‘professionele zorg’ in verschillende gradaties geboden kan worden. Echter geeft de factsheet geen verdiepende uitleg.

Aangegeven is dat bij sprake moet zijn van een ‘georganiseerde koppeling’ bij een ‘woonfunctie voor zorg’. Gesteld is dat er enige vorm van samenwerking moet bestaan tussen gebouweigenaar/verhuurder en een zorginstelling, die ertoe leidt dat bewoners in de betreffende woonfunctie gaan wonen vanwege de geboden zorg. Ook wordt gesteld dat de zorg plaats dient te vinden in een daartoe bestemde woonfunctie. Onbekend is het wat hiermee exact vanuit de factsheet wordt bedoeld.

Aanvullend moet worden benoemd dat de onderstaande conclusies worden gegeven over de ‘woonfunctie voor zorg’, welke mijns inziens onjuist zijn.

  • Bewoners kunnen na verloop van tijd zorgbehoevend worden, waarbij men in de eigen woning blijft wonen. Ze blijven in de huidige maatschappij juist vaker thuis wonen, waarbij (professionele) zorg wordt ingekocht. Dit wijkt af van de zienswijze vanuit de factsheet, waarin is gesteld dat bewoners in een ‘woonfunctie voor zorg’ gaan wonen vanwege de geboden zorg;
  • Gesteld is dat binnen een ‘woonfunctie voor zorg’ een brandmeldinstallatie en/of een BHV-organisatie is vereist. Dit is niet voor alle ‘woonfuncties voor zorg’ het geval. Over de eis met betrekking tot brandmeldinstallaties, in figuur 1 van de factsheet wordt wel een correcte uiteenzetting gegeven;
  • Aangegeven is dat de zorgaanbieder (een deel van) de verantwoordelijkheid voor het veilig vluchten overneemt van de bewoner(s). Ook dit is in meerdere ‘woonfuncties voor zorg’ niet het geval, te denken aan geclusterde woonfuncties voor zorg (met zorg op afspraak);
  • Belangrijk is het voor bestaande woonfuncties voor zorg, niet zijnde de woonfuncties voor zorg die voorzien moeten zijn van een brandmeldinstallatie, er in bepaalde situaties geen verplichting geldt voor het hebben van rookmelders. De factsheet stelt dat voor zelfstandige woningen te allen tijde een ‘rookmelderverplichting’ geldt. Zorgclusterwoningen waarbinnen zorg op afspraak wordt verleend hoeven volgens artikel 3.117 Bbl niet te worden voorzien van rookmelders. Dit neemt niet weg dat mijns inziens in alle gevallen geadviseerd moet worden dit wel als zodanig door te voeren.

Conclusies

Geconcludeerd kan worden dat het Bbl maar ook diverse instanties geen eenduidig beeld neerzetten van de ‘woonfunctie voor zorg’.

Professionele zorg kent geen verdere uitleg vanuit het Bbl en ook niet vanuit de factsheet. Mijns inziens is er sprake van ‘professionele zorg’ wanneer zorgverleners beroepsmatig zorg verlenen. Dit is overeenkomstig de zienswijze van het IPLO.

Ook over het begrip ‘georganiseerde koppeling’ is geen eenduidig kader vast te stellen. Gesteld kan worden dat hiervan in ieder geval sprake is wanneer de zorgverlener naast de zorg ook de verantwoordelijkheid heeft over de woonfunctie. Mijns inziens is sprake van een ‘georganiseerde koppeling’, als er contractueel een directe verbinding is tussen een professionele zorgaanbieder en de desbetreffende woonfunctie. Hierbij dient de mate van zorg te beoordelen zijn als ‘zorg op afspraak’, ‘zorg op afroep’ of ’24-uurs zorg’, zoals het Bbl dit voorschrijft.

In aanvulling hierop moet benoemd worden dat het inhuren van professionele zorg niet automatisch betekent dat er sprake is van een georganiseerde koppeling tussen wonen en zorg[4]. Bij een ‘georganiseerde koppeling’ moet er een directe koppeling zijn tussen zorgverlener en bewoner.

Afsluiting

‘Wonen met zorg’ is en blijft een actueel thema. Op tot eenduidige beoordelingen te komen is het gewenst de begrippen ‘professionele zorg’, ‘georganiseerde koppeling’ en ‘daartoe bestemde en uitgeruste woonfunctie’ verder uit te laten werken in het Bbl, zodat de toepassing ervan door eenieder op dezelfde wijze zal geschieden.

[1] Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de Adviescommissie Toepassing en Gelijkwaardigheid Bouwvoorschriften en het Informatiepunt Leefomgeving.

[2] Woonfunctie voor zorg: woonfunctie waarbij aan de bewoners professionele zorg wordt verleend met een vanuit het zorgaanbod georganiseerde koppeling tussen wonen en zorg.

[3] Factsheet brandveiligheid bij zorggeschikte woningen in geclusterde woonvormen | Publicatie | Home | Volkshuisvesting Nederland

[4] ATGB-advies 2404 – Wonen met ondersteuning (begeleid wonen)

Bart Lohuis
Senior Consultant Brandveiligheid

Deel deze post op:

Dit is misschien ook interessant voor je?